■ Toepassingen openen vanuit het kaartscherm
Wanneer u het apparaat aanzet, verschijnt het kaartscherm. Dit scherm
bevat de kaartweergave van de toepassing
Navigator
.
Het apparaat bevat de volgende toepassingen:
•
Navigator
(
) voor GPS-navigatie (zie pagina 27)
•
Telefoon
(
) voor het plaatsen en beantwoorden van oproepen met de
mobiele telefoon die met het apparaat is verbonden (zie pagina 40)
•
Muziek
(
) voor het afspelen van nummers die zijn opgeslagen op
de geheugenkaart (zie pagina 46)
•
Galerij
(
) voor het bekijken van foto's en videoclips die op de
geheugenkaart zijn opgeslagen (zie pagina 49)
•
Instelling.
(
) voor het wijzigen van instellingen en het bekijken
van informatie over het apparaat (zie "Apparaatinstellingen
wijzigen", pagina 23 en "Telefooninstellingen wijzigen", pagina 44).
Druk op de menutoets om het hoofdmenu weer te geven of te verbergen.
Als u een toepassing in het menu wilt openen, wijst u op het
bijbehorende pictogram.
Om vanuit andere toepassingen terug te keren naar
Navigator
, drukt u
op de menutoets.
U kunt terugkeren naar het vorige scherm in een toepassing door te
wijzen op
.
B a s i s h a n d e l i n g e n
23
Het kaartscherm bevat de volgende symbolen:
De signaalsterkte van de GPS-antenne is goed.
De signaalsterkte van de GPS-antenne is onvoldoende voor
navigatie.
De batterij is volledig opgeladen.
De batterij is bijna leeg.
Dit symbool is blauw als Bluetooth is ingeschakeld, maar het
navigatiesysteem niet is verbonden met een compatibel
apparaat. Dit symbool is grijs als Bluetooth is uitgeschakeld.
Het navigatiesysteem is verbonden met een compatibel
apparaat.